Gedragsregels begeleiders in de sport

In de sport is de relatie tussen de trainer en de sporter erg belangrijk. Daarom heeft de georganiseerde sport gedragsregels vastgesteld. Deze gedragsregels zijn gericht op trainers/ coaches/ begeleiders/ kaderleden (verder in de tekst begeleider genoemd) en maken deel uit van het Tuchtreglement van de sportbond. De gedragsregels geven aan waar de grenzen liggen in het contact tussen begeleider en sporter. Deze gedragsregels zijn opgesteld voor begeleiders in de sport aangezien uit cijfers blijkt dat plegers veelal begeleiders zijn en slachtoffers veelal sporter. Het bekendmaken van de ‘Gedragsregels begeleiders in de sport’ laat zien dat een sportvereniging werk maakt van het tegengaan van Seksuele Intimidatie en dat kan preventief werken. Daarbij is het belangrijk dat iedereen die betrokken is bij de sportvereniging op de hoogte is van deze gedragsregels. Het is dus belangrijk om als bestuur dit te delen met je leden en van begeleiders ( en andere vrijwilligers) te vragen deze te onderschrijven. De gedragsregels vormen – aangevuld met de omgangsregels – een richtlijn voor de omgang tussen sporters en begeleiders.

Gedragsregels

Deze gedragsregels zijn anders dan omgangsregels afdwingbaar. Hieronder vind je een overzicht van de ‘Gedragsregels begeleiders in de sport’ zoals vastgesteld binnen de georganiseerde sport:

1. De begeleider moet zorgen voor een omgeving en een sfeer waarbinnen elke sporter zich veilig kan voelen.

2. De begeleider onthoudt zich ervan de sporter te bejegenen op een wijze die de sporter in zijn waardigheid aantast, én verder in het privéleven van de sporter door te dringen dan gewenst is..

3. De begeleider onthoudt zich van elke vorm van (machts)misbruik of Seksuele Intimidatie tegenover de sporter.

4. Seksuele handelingen en seksuele relaties tussen de begeleider en de jeugdige sporter tot zestien jaar zijn onder geen beding geoorloofd en worden beschouwd als seksueel misbruik.

5. De begeleider mag de sporter niet op een zodanige wijze aanraken dat de sporter en/of de begeleider deze aanraking naar redelijke verwachting als seksueel of erotisch van aard zal ervaren, zoals doorgaans het geval zal zijn bij het doelbewust (doen) aanraken.

6. De begeleider onthoudt zich van (verbale) seksueel getinte intimiteiten via welk communicatiemiddel dan ook.

7. De begeleider zal tijdens trainingen, stages, wedstrijden en reizen gereserveerd en met respect omgaan met de sporter en met de ruimte waarin de sporter zich bevindt, zoals de kleedkamer of de hotelkamer.

8. De begeleider heeft de plicht – voor zover in zijn vermogen ligt – de sporter te beschermen tegen schade en (machts)misbruik als gevolg van Seksuele Intimidatie. Daar waar bekend of geregeld is wie de belangen van de (jeugdige) sporter behartigt, is de begeleider verplicht met deze personen of instanties samen te werken, opdat zij hun werk goed kunnen uitoefenen.

9. De begeleider zal de sporter geen (im)materiële vergoedingen geven met de kennelijke bedoeling tegenprestaties te vragen. Ook de begeleider aanvaardt geen financiële beloning of geschenken van de sporter die in onevenredige verhouding tot de gebruikelijke dan wel afgesproken honorering staan.

10. De begeleider zal er actief op toezien dat deze regels worden nageleefd door iedereen die bij de sporter is betrokken. Indien de begeleider gedrag signaleert dat niet in overeenstemming is met deze gedragsregels zal hij de daartoe noodzakelijke actie(s) ondernemen.

11. In die gevallen waarin de gedragsregels niet (direct) voorzien, ligt het binnen de verantwoordelijkheid van de begeleider in de geest hiervan te handelen.